Laaggeletterdheid op de werkvloer kan voor problemen zorgen. Laaggeletterde werknemers krijgen gemiddeld vaker dan anderen te maken met bedrijfsongevallen en beroepsziekten. Bedrijfsartsen kunnen een belangrijke rol spelen in het herkennen van laaggeletterdheid, het bespreekbaar maken ervan en het doorverwijzen van medewerkers naar taalaanbod.

De meeste laaggeletterden hebben een lees- en schrijfniveau onder 2F of B1. Dat betekent dat ze moeite hebben met het begrijpen van de moderne maatschappij. Doordat ze vaak ook beperkt digitaal vaardig zijn, kunnen er ook problemen ontstaan op het werk. Zoals het invullen van roosters, het beantwoorden van e-mails en het begrijpen van werkinstructies.

Laaggeletterdheid op de werkvloer en de gevolgen daarvan

Van de laaggeletterde beroepsbevolking heeft 57% een betaalde baan. Tussen 1994 en 2012 steeg het aantal laaggeletterden onder 16-65-jarigen van 9,4% tot 12%. Dit percentage wordt naar verwachting groter door de dalende prestaties van Nederlandse scholieren op het gebied van basisvaardigheden. Laaggeletterde werknemers zijn vaak laagopgeleid en hebben een relatief zwakke positie op de arbeidsmarkt. Ze werken vaak in laagbetaalde of onzekere banen en hebben vaker dan anderen te maken met gezondheidsrisico's en armoede. Het is niet te verwachten dat dit op korte termijn in positieve zin verandert vanwege de dalende prestaties van Nederlandse scholieren op het gebied van basisvaardigheden. 

Bedrijfsongevallen en beroepsziekten kunnen worden veroorzaakt door problemen met taalbegrip en gebrekkige basisvaardigheden bij werknemers. Ongeveer 5-10% van de ernstige ongevallen op de werkvloer wordt veroorzaakt door taalproblemen. In 2000 kregen ongeveer 150.000 mensen in Nederland een bedrijfsongeval, waarvan meer dan 10.000 incidenten werden veroorzaakt door taalproblemen. Taalproblemen kunnen ook leiden tot ongevallen met gevaarlijke stoffen, vooral in beroepen waar veel laaggeletterden werken, zoals technische, zorg- en transportberoepen. Immigranten met beperkte taalvaardigheden hebben zelfs een twee keer zo hoog risico op ongevallen op de werkvloer als autochtone werknemers. Naast een grotere kans op bedrijfsongevallen hebben laaggeletterde werknemers ook vaker dan anderen te maken met beroepsziekten die worden veroorzaakt door fysiek belastend werk, werken in een lawaaiige omgeving of weinig controle hebben over het werk.

Met de opkomst van automatisering veranderen de functies op de werkvloer, waardoor medewerkers mee moeten veranderen. Dit kan moeilijk zijn voor werknemers met beperkte basisvaardigheden, wat leidt tot ongemak en vermijdgedrag. Werkgevers passen hun functie-eisen aan vanwege personeelstekorten, maar moeten nog steeds voldoen aan de Arbowetgeving en rekening houden met de vaardigheden en mogelijkheden van werknemers.

Scholing van laaggeletterde werknemers en de rol van de bedrijfsarts daarin 

Het trainen van werknemers in basisvaardigheden heeft positieve effecten op hun gezondheid en veiligheid op de werkvloer. Onderzoek toont aan dat training van laaggeletterde werknemers leidt tot minder fouten tijdens het werk en dat werknemers na training voldoen aan de wettelijke eisen van hun industrie. Training in gezondheidsvaardigheden kan ook leiden tot verbeteringen in de gezondheid van werknemers, zoals gewichtsverlies en verbeterde algemene gezondheid.

Bedrijfsartsen kunnen een belangrijke rol spelen bij het voorkomen van ongevallen en beroepsziekten door taalproblemen. Het is belangrijk om contact te hebben met de werkvloer, laaggeletterdheid te herkennen, dit bespreekbaar te maken en werknemers door te verwijzen naar passende hulp. Het herkennen van laaggeletterdheid kan lastig zijn vanwege het taboe dat erop rust. Veel laaggeletterden hebben ‘trucs’ om hun laaggeletterdheid te verbergen. Maar, als een bedrijfsarts het herkent,  kan motiverende gespreksvoering helpen om de schaamte bij de cliënt te verminderen en de motivatie voor verandering te vergroten. Vervolgens is het goed om de werknemer warm door te verwijzen naar passend taalaanbod. Als bedrijfsarts kun je ook zelf je spreektaal aanpassen. Gebruik eenvoudige zinnen en vermijd medische termen, beeldspraak en metaforen. Ook is het verstandig rekening ermee te houden dat veel laaggeletterde werknemers weinig basiskennis van het menselijk lichaam hebben. 

Samenvattend is het trainen van werknemers in basisvaardigheden en gezondheidsvaardigheden belangrijk voor hun veiligheid en gezondheid op de werkvloer. De bedrijfsarts kan een belangrijke rol spelen bij het herkennen van laaggeletterdheid, het bespreekbaar maken ervan en het bevorderen van een veilige werkomgeving.

Het volledige artikel in Quintesse is alleen te lezen voor abonnees en geschreven door:

  • Mariëtte Bijl – zelfstandig adviseur arbeid en gezondheid, CMC2, Loosdrecht
  • Petra Luteijn – MSc, senior adviseur onderzoek, Stichting Lezen en Schrijven, Den Haag
  • Willemijn Rijper – MA, adviseur, Stichting Lezen en Schrijven, Den Haag

Vragen?

Willemijn Rijper

Adviseur

Petra Luteijn

Adviseur