Drie JGZ-organisaties hebben aan het project deelgenomen: GGD Gelderland Midden, GGD Zaanstreek Waterland en Volksgezondheid Utrecht. Zij hebben elk een unieke, praktijkgerichte pilot uitgevoerd. Deze pilots leverden waardevolle informatie op binnen elk van de drie geformuleerde aandachtsgebieden: 

  1. Signaleren van laaggeletterdheid bij ouders door JGZ-professionals.
    Uit de pilots is naar voren gekomen dat het gesprek met ouders twee weken na de geboorte van een kind zich goed leent voor het bespreken van basisvaardigheden. Ook de – speciaal ontwikkelde – contextgerichte vragen bieden stevige handvatten voor het signaleren van laaggeletterdheid bij ouders. 
     
  2. Ouders ondersteunen bij taalstimulering en waar nodig doorverwijzen naar passend aanbod.
    Het realiseren van een goede samenwerking tussen de JGZ en lokale taalnetwerken is een belangrijke ontwikkeling voor het bevorderen van taalstimulering voor en door ouders. Wanneer deze netwerken goed verbonden kunnen JGZ-professionals makkelijker zorgdragen voor een warme overdracht. 
     
  3. Inbedden van taalstimulering in het werkproces van de JGZ.
    In het project is duidelijk geworden dat inbedding in landelijke ondersteuningsproducten, zoals richtlijnen, interventies en methodieken, een goede manier kan zijn om taalstimulering structureel een plek te geven in de werkwijze van de JGZ. De ontwikkelingen op dit gebied zijn nog in volle gang.   
     

Tot de opbrengsten van het project behoort ook de digitale Toolbox Laaggeletterdheid. JGZ-professionals die aan de slag willen met de aanpak van laaggeletterdheid vinden hier informatie, praktische tools en online leermiddelen waarmee zij direct aan de slag kunnen.

Zie voor meer informatie over dit project en de verschillende pilots de eindrapportage